Hygiënische voedselverwerking

Hygiënische voedselverwerking

Het handhaven van een hygiënische productieomgeving is essentieel in de voedingsindustrie. Onder andere om kruisbesmetting te voorkomen en om te voldoen aan kwaliteits- en HACCP-eisen en normen als BRC, IFS en FSSC 22000. Maar in de dagelijkse praktijk, waar continu reststromen en afval vrijkomen, is dit niet altijd eenvoudig. Het snel en hygiënisch vacuüm afzuigen van afvalstromen helpt om de productieomgeving schoon en veilig te houden.

Vacuüm transport via gesloten leidingen is een nog minder bekend alternatief voor het verzamelen en afvoeren van afval- en reststromen uit de productieomgeving. Gebruikelijker in de voedingsmiddelenindustrie zijn transportbanden, transportschroeven, watergoten, normwagens en dolavs. Vacuümtransport is onder andere een goede oplossing voor een betere voedselveiligheid en hygiëne.

Om besmetting met micro-organismen te voorkomen, worden productieruimten verdeeld in zones of hygiënische niveaus: van low care tot high care. Deze zones worden in stand gehouden door bijvoorbeeld overdruk, desinfectiesluizen en andere barrières. Vacuümtransportsystemen voorkomen het transport van reststromen en afval tussen zones met verschillende hygiëneniveaus. De reststroom wordt afgezogen in de ruimte waar ze ontstaat via opvangtrechters en een gesloten buizensysteem naar een centraal verzamelpunt elders in het bedrijf.

In bijvoorbeeld slachthuizen en vleesverwerkende bedrijven, visverwerkende bedrijven en groente- en fruitverwerkende bedrijven komen grote hoeveelheden afval, reststromen en bijproducten vrij. Deze stromen bevatten micro-organismen, waaronder mogelijk ziekteverwekkers zoals listeria of salmonella. Snelle verwijdering is daarom van cruciaal belang om het aantal ziektekiemen in de ruimte zo laag mogelijk te houden en kruisbesmetting te voorkomen.

Hygiëne en voedselveiligheid
Belangrijke redenen voor voedselproducenten om te kiezen voor een vacuümtransportsysteem zijn dan ook hygiëne en voedselveiligheid, zegt directeur Eric Oving van HYTT, dat gespecialiseerd is in vacuümtransport in de voedingsmiddelenindustrie. De klanten van HYTT willen risico’s uitsluiten en bewegingen tussen ruimtes met verschillende hygiëneniveaus voorkomen. Daarnaast stellen afnemers van bijproducten en reststromen steeds strengere eisen aan de hygiënische verwerking ervan. Ook dit doet bedrijven kiezen voor vacuümtransport.
Zo heeft HYTT vorig jaar een groente- en fruitverwerker in Frankrijk voorzien van een vacuümsysteem. Zij leveren gesneden groenten en fruit aan hypermachés en supermarkten in Frankrijk. Zij wilden een state of the art fabriek neerzetten’, zegt Oving. Volgens hen was daarvoor een vacuümsysteem nodig voor het verwijderen van snijresten, en geen watergoten. Met watergoten konden ze de zonering van hoog-hygiënisch naar laag-hygiënisch niet garanderen, vertelde de architect.

Vacuümtechniek eenvoudig en onderhoudsarm
Veel partijen hebben echter het idee dat vacuümtransport ingewikkeld is. Ze weten niet hoe het werkt, merkt Oving op. De werking is echter relatief eenvoudig en als de speciaal door HYTT ontwikkelde ejector wordt gebruikt, onderhoudsarm. Je hebt een aantal afzuigpunten met trechters. Het restproduct valt in de trechter. Zodra deze vol is, ontstaat er een vacuüm, gaat het ventiel open en ontstaat er door het drukverschil een luchtstroom in de buis. Zo zuigt u het product af naar een centrale bestemming. Het systeem neemt nauwelijks ruimte in: je hebt alleen een buis van maximaal 200 millimeter die bij de trechter omhoog gaat en onder het plafond door wordt geleid.

Via een slim besturingssysteem kunnen meerdere trechters/extractiepunten worden aangesloten op één vacuümtransportunit die om beurten een partij afzuigen. Dit is anders dan bij het blazen van productstromen, waarbij voor elk punt een blaasunit nodig is. Ook heeft vacuümtransport niet het nadeel van blazen dat er een terugstroom van lucht in de schone productieruimte ontstaat. De luchtkwaliteit blijft dus beter behouden.